OVER HET PROJECT
In deze stageperiode loop ik een projectstage bij museum Het Schip in Amsterdam. Dit museum is helemaal gebouwd in de Amsterdamse schoolstijl. In het museum moet een informatie centrum komen voor zowel studenten als bezoekers. Aan ons de taak om deze ruimte in te richten.
Ik heb er voor gekozen om een project te doen met Sara Lopez omdat wij nog nooit samen aan een project hebben gewerkt en ik denk dat wij veel van elkaar kunnen leren. Daarnaast lijkt het mij leuk om een project te doen omdat er een grote kans bestaat dat het echt uitgevoerd wordt en je er over een tijdje dus ook fysiek kan beleven wat je bedacht hebt.
Ik ben serieus, doelgericht en ik wil kwaliteit leveren. Ik kan goed in een team werken, maar ook zelf een opdracht tot een goed einde brengen. Ik vraag het alleen wanneer ik iets niet snap. Ik onderzoek mijn interesses en mogelijkheden voor de toekomst. Ik ben creatief, rustig en geeft mijn mening. Ik ben oplettend, maar vergeet wel eens wat.


MICHEL DE KLERK
In 1909 richtte een groep gedreven mannen een vereniging op die goede en betaalbare woningen voor arbeiders wilde bouwen. Het bedrijf ‘Eigen haard’ werd opgericht.
Michel de Klerk kreeg de opdracht om een blok met 100 woningen en een postkantoor te ontwerpen aan de Zaanstraat. Dit werk is nu bekend als ‘het schip’. Het is zijn bekendste werk.
Dit unieke woonblok uit 1920 staat op de lijst van 1000 meest bijzondere gebouwen van de afgelopen eeuw in de wereld. Het is een icoon van de Amsterdamse School stijl.
Michel de klerk werd op 24 november 1884 in een groot gezin geboren. Zijn vader Joseph Leman de Klerk heeft in totaal 25 kinderen gekregen waarvan 21 kinderen uit zijn eerste huwelijk met Naatje van Moppes. Van de 25 kinderen was Michel de klerk de jongste.
Het ouderlijk huis van Michel de klerk stond in een zeer armoedige omgeving. Hier stonden vooral krotten en beschimmelde kelderwoningen waar ziektes als tuberculose, cholera en malaria heersten.
De voor- en achternaam van Michel de Klerk doet niet vermoeden dat de familie, net zoals de meeste buren in hun wijk, van Joodse afkomst waren.
Michel de Klerk was 14 jaar oud toen hij als ‘puntenslijper’ ging werken bij Eduard Cuypers. Later ging hij ook als opzichter bij projecten werken. Zijn werk op het atelier van Cuypers is voor zijn ontwikkeling erg belangrijk geweest.
op het atelier van Cuypers werkten ook Joan melchior (Jo) van der May, Piet Kramer en Gerard Fredrik la Croix. Samen met Michel de Klerk waren zij de grondleggers van een nieuwe richting in de architectuur. Het atelier wordt dan ook wel de broedplaats van de Amsterdamse School genoemd. Op het atelier leerde Michel de Klerk ook de secretaresse Lea Jessurun goed kennen. Op 31 maart 1910 zijn ze getrouwd. Uit dit huwelijk kwamen twee kinderen; Joost en Edo.
In 1917, na zijn reizen naar Engeland, Duitsland en Scandinavië waar hij andere stijlen ging bekijken, kreeg hij een baan aangeboden als opzichter-tekenaar bij Herman Baanders. Deze had het bureau van zijn vader overgenomen en met assistentie van zijn broer Jan het architectenbureau verder uitgebreid. Michel de Klerk kende Jan Baanders goed omdat ze samen de opleiding tot bouwkundig tekenaar op de industrieschool hadden gevolgd.
AMSTERDAMSE SCHOOLSTIJL
Michel de Klerk had kritiek op de architect Hendrik Petrus Berlage. Michel verweet Berlage dat hij te weinig ruimte liet voor de individuele creativiteit van de architect.
Hij erkende dat Berlage veel voor het bouwvak had gedaan, maar aan de bouwkunst nooit is toegekomen.
Architectuur moest volgens Michel de Klerk echte bouwkunst zijn.
Met zijn opvattingen over de nieuwe bouwkunst ontwikkelde Michel de Klerk zich snel tot de voorman van een nieuwe architectuurstroming die uitging van idealen over expressionistische en utopische schoonheid.
De bouwkunst kent zijn beperkingen door eisen vanuit de techniek en de samenleving. Dat maakte het werk van Michel de Klerk extra bijzonder.

De term Amsterdamse school werd nog niet als begrip voor de nieuwe architectuurstroming gebruikt, dat gebeurde pas in 1916. Bijna alles wat vanaf 1920 in Amsterdam gebouwd of ontworpen werd had kenmerken van de Amsterdamse school. De periode van de Amsterdamse school strekte zich uit van 1910 tot 1935. De Amsterdamse school is nooit een goed georganiseerde beweging met vaste doelstellingen geweest. Wat globaal onder de Amsterdamse school valt is architectuur waarin zowel sprake is van een kunstzinnige toepassing van materialen (zoals bakstenen en dakpannen) als van de totaalcompositie van de gevel als een eenheid. De drie grote voormannen van de Amsterdamse school stijl waren Michel de Klerk, Piet Kramer en Jo van der May. Bouwwerken van de Amsterdamse schoolstijl zijn ver buiten de grenzen van Amsterdam te vinden. Totaalkunst was voor de architecten van de Amsterdamse school dan ook een zelfsprekend begrip. De Klerk begreep dat metselwerk vakmanschap is en dat metselverbanden een gebouw sieren. Kleur en structuur vond hij erg belangrijk. In zijn bouwwerken zijn verschillende baksteen verbanden te vinden. Voor de Klerk stond vast dat architectuur ruimtekunst was en dat het om het totaalbeeld ging.

MUSEUM HET SCHIP
het schip is gebouwd op een driehoekige kavel en kenmerkt zich door vier opvallende eigen gezichten ; de lage uitbundige stompe bebouwing, het naar achter gelegen sfeervolle pleintje en de twee verbindende zijgevels.
Het schip is een eenheid met verschillende karakters en details in de gevel. Ondanks de heldere compositie is er tegelijkertijd een grote verscheidenheid. Dit zorgt ervoor dat het gebouw nooit gaat vervelen.
De kracht van het gebouw is dat de verschillende onderdelen het totaalbeeld in evenwicht houden. De ‘zware kop’ vindt zijn tegenhanger in een ranke ‘staart’. Michel de Klerk heeft twee tegengestelde componenten samengebracht zodat deze elkaar versterken en er een prachtig geheel ontstaat.
Bij het ontwerp van Het schip is gebruik gemaakt van veel diverse onderdelen en details. Ook heeft Michel de Klerk gekozen voor een duidelijke compositie. Er valt veel te zien en te ontdekken en dat zorgt dat het gebouw nooit gaat vervelen. De detaillering van de gevel en het gebruik van ornamenten laat zien dat Michel de Klerk een groot kunstenaar was.
HET POSTKANTOOR
Naast de woningen werd er ook een wijkpostkantoor gebouwd. Dit postkantoor was niet goed zichtbaar want de Klerk plaatste er een rond torentje met zwarte dakpannen boven dat veel weg heeft van een schoorsteenpijp van een stoomschip. De klerk verzorgde ook het interieur van het postkantoor. Het moest voor bezoekers een plezier zijn on het postkantoor te bezoeken en daarom bestede hij veel aandacht aan de inrichting. Er kwam een ahorn houten vloer en het kleurgebruik was volgens een zorgvuldig uitgekozen schema. Zelfs de letters op de aanduiding bordjes ontwierp hij. De bovenkant van de loketten werd voor een deel van smeedijzer gemaakt en heeft net als de scharnieren van de deur jugendstil-achtige elementen. Het plafond maakte hij niet recht maar in de vorm van een trapezium. En bij de inrichting van het bezoekersdeel gebruikte hij veel lavendelblauwe tegels. Het geheel gaf het postkantoor een zeer eigen monumentaal karakter. Een bijzondere plaats binnen het postkantoor namen de telefooncel en spreekcel in. Mensen kwamen niet alleen om postzegels te kopen of geld bij de Rijkspostspaarbank te brengen , ze konden er ook telefoneren. Daarbij was het niet de bedoeling dat de andere aanwezigen meeluisterden en om die reden maakte de klerk de deuren dubbel geïsoleerd. De deuren werden daarbij afgewerkt met vilt. Wel liet hij in de spreekcel een glas in loodraampje aanbrengen dat de vorm heeft van een telefoondraad met daarop een vogeltje. Het kan bijna niet anders of dat moet een luistervinkje zijn.
DE OPDRACHT
Het informatiecentrum is een plek waar je alleen of als groep informatie kan vinden over architectuur en ontwerpen van de Amsterdamse School. De informatie bestaat uit naslagwerken (boeken, foto’s, audio- en videofragmenten) die geraadpleegd kunnen worden.
Studenten kunnen voor hun opleiding naar het informatiecentrum komen. Bezoekers van het museum kunnen geïnformeerd worden over het bestaan van het informatiecentrum . Zij kunnen daar na hun bezoek een kijkje nemen en bij sommige specifieke rondleidingen is het bezoek van het informatiecentrum opgenomen. Ook kan het informatiecentrum gebruikt worden om presentaties en lezingen te houden.
Nadenken over hoe je iedereen informatie over de Amsterdamse school stijl kan geven.
Er zijn mensen die doordat ze invalide zijn niet de trap kunnen nemen om in het kenniscentrum te komen. Omdat het museum een monument is mag er niets aan het buitenkant en binnenkant van het gebouw veranderd worden. Het plaatsen van een traplift of liftschacht is dus niet mogelijk. Hoe kan je deze mensen toch het kenniscentrum laten zien en de informatie delen.
Welke apparatuur moet er in komen te staan?
Beamer,
scherm,
2 a 3 computers om gedigitaliseerde informatie te kunnen raadplegen,
boekenkasten,
meubilair voor groepen.
Welke activiteiten vinden er plaats en met hoeveel personen?
lezingen en presentaties
groepsdiscussies
werkplekken.
(Houdt rekening met corona afstanden)leesplekken
Randvoorwaarden voor inrichting (historische waarden; wat zijn de kaders)
Er mag in het gebouw niet verbouwd worden i.v.m. de monumentenstatus. Er moet goede ventilatie komen als er met groepen gewerkt wordt.
We zijn begonnen met het opmeten van het toekomstige informatiecentrum. Omdat mijn teamgenoot Sarah nog in quarantaine zat heb ik dit onderdeel gedaan met een van de andere teams.
Ik had een meetlint, een zwaaihaak, een koershoekmeter en een lasermeter mee genomen.
Goed meten is weten.
Het was nog best wel een werk omdat de meeste hoeken geen 90 graden waren.
Rechts zie je mij een hoek opmeten.
Ook de ramen waren door hun bijzondere vormen nog niet zo makkelijk om op te meten.


Links zie je hoe we een luik opmeten zonder dat we een trapje hadden om er makkelijk bij te kunnen.
Zoals ik eerder schreef had ik van alles mee, maar het trapje waren we vergeten.
Met deze creatieve oplossing kwamen we een heel eind.
Het handige van een buigbaar meetlint is dat je vanaf de grond, onder druk, toch een maat kan nemen.
Aan de 1,5 meter afstand houden in Coronatijd hebben we ons niet helemaal kunnen houden.
FOTO'S
Bij museum Het Schip hebben we een rondleiding gedaan en een workshop fotografie gevolgd.
We kregen tijdens de workshop de opdracht om foto’s te maken van de details van museum Het Schip.
Ik heb foto’s gemaakt vanuit kikvorsperspectief of door bijvoorbeeld vlak tegen een muur aan te gaan staan.
KLEUREN VOORSTEL
Wij heb gekozen voor deze vijf kleuren van LAB ECO Paint.
copperhead 29
terracotta warrior 42
rusty rebel 129
straw 209
mushroom 287
Het is samen één mooi geheel en past erg in de sfeer van de Amsterdamse school door het donkerrood en zachtgeel. Wij vonden de roestige kleur en de zachte beige tint er mooi bij passen en zo krijg je een kleurenpalet met een eigentijdse uitstraling.
Alle kleurenstalen van LAB ECO Paint worden met liefde geschilderd door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en jongeren uit het voortgezet praktijk- en speciaal onderwijs. Daarnaast besteden LAB ECO Paint bij de productie van hun verflijn veel aandacht aan het milieu. Door de ECO Footprint in kaart te brengen, weten ze exact hoeveel impact LAB ECO Paint heeft. Ze zetten zich maximaal in om de CO2-uitstoot
te beperken.
Ook willen we een licht blauwe kleur terug laten komen.
Er werd veel blauw gebruikt in het postkantoor van Het Schip.
Deze kleur werd gekozen omdat het herkenbaar was voor de arbeiders die er kwamen is ons verteld in een van de rondleidingen die we hebben gevolgd.


SFEERBEELD
FUNCTIES
Er zijn vier belangrijke functies die terug moeten komen in de ruimte.
Boeken opslag
Overleg plekken
Computer plaatsen
Fotogalerij/ audio fragmenten
Boeken opslag:
Voor de aanwezige en toekomstige boeken is er veel opslag nodig. De boeken willen wij in grote boekenkasten plaatsen.
Wij willen boekenkasten zoveel mogelijk plaatsen tegen de lange wand. Ook willen we dichtbij de kasten zitgelegenheid maken zodat je rustig een boek kan openen en er even in kan lezen.
Overleg plek:
Deze plek willen wij in het midden van de ruimte plaatsen zodat je centraal zit en alles makkelijk kan overzien en pakken. Hier kun je op gepaste afstand (als dat nodig is) samen overleggen en lezingen/presentaties geven. We kiezen op deze plek voor een grote tafel waar ruimte genoeg is om te lezen en te werken.
Computer plekken:
De computers willen we plaatsen in de ruimte met de meeste stopcontacten (op de plattegrond hieronder in de linker bovenhoek) zodat er niet extra stroomtoevoer aangelegd hoeft te worden. Ook is deze ruimte wat meer afgeschermd van de rest dus zou dit een mooie plek zijn om in alle rust gebruik te maken van de computers.
Fotogalerij en audiofragmenten:
De fotogalerij past het beste in de U-vormige ruimte in het midden zodat je veel plek hebt om alles goed uit te kunnen lichten. Dit lukt doordat deze ruimte is voorzien van een raam en wandlampjes geplaatst worden. Audiofragmenten zullen dmv QR-codes op verschillende plekken aangeboden worden. Zo bespaar je op energie, aanschaf en schoonhouden van koptelefoons en apparatuur. In Coronatijd is dit makkelijk omdat iedereen zijn eigen mobiel (en oortjes) meeheeft en dat kruisbesmetting voorkomt. Ook is het een moderne manier van presenteren van informatie.
LOOPROUTE
Voor de looproute hebben we een lijn met pijlen getekend. Vanaf de ingang kom je als eerste langs een leeshoek. Hier staan de twee zelf ontworpen stoelen. Hier is ook de kast te vinden met (overige) boeken. Op deze kast willen wij een nieuwe foto laten plakken die gelijk de sfeer weergeeft van de Amsterdams schoolstijl. Als je verder loopt kijk je tegen de overlegtafel en de pilaar aan. De pilaar word met bakstenen strips beplakt en verwijst naar het metselwerk aan de buiten kant van “het schip”. Daarna kom je langs de U-vormige ruimte waar foto’s komen te hangen aan rails.
Om de hoek kom je 3 bureaus tegen waar je kan werken of de bouwtekeningen van Michel de Klerk kan bekijken. Als je verder loopt kom je langs onze zelf ontworpen boekenkasten. Hierin is genoeg ruimte om allerlei boeken mooi te presenteren.
Daarna, achter de overlegtafel langs, heb je nog een klein leeshoekje die gebruikt kan worden als er niet word overlegd en is er nog ruimte om foto’s op te hangen.
Als je de trap omhoog neemt kom je in het torenkamertje. Hier willen wij net als bij de foto’s QR codes ophangen die mensen kunnen scannen om naar geluidsfragmenten te luisteren.
Het is bijna onmogelijk voor invaliden om de trap op te komen maar het zou toch fijn zijn als iedereen kennis kan maken met de bijzondere architectuur van de Amsterdamse school. We stellen voor om beneden een boekenkast neer te zetten met boeken die eens in de zoveel tijd gewisseld worden en/of een VR video te laten maken door de studenten van het Media College in Amsterdam.
Wij willen de vloer behouden maar wel schoon laten maken.

ZELF ONTWORPEN MEUBELS
Naast een meubelvoorstel met bestaande meubels is ons ook gevraagd of we meubels konden ontwerpen zodat ze die eventueel later zouden kunnen laten maken. Ik vond dit in het begin nog wel lastig omdat ik niet zo veel ideeën had.
Ik ben toen heel veel plaatjes gaan belijken om inspiratie op te doen.
Ik kreeg pas echt een idee na de foto workshop. Toen ik om het gebouw heen liep en foto’s maakte van de details viel het mij op hoe veel golvende vormen er werden gebruikt in de architectuur van het schip.
De golven in het gebouw wilde ik op de een of andere manier heel graag terug laten komen en wat is een betere object dan een boekenkast met boeken die gaan over de Amsterdamse school stijl.

Een stoel ontwerpen vind ik nog best lastig omdat je aan verschillende dingen moet denken.
Hieronder heb ik vergelijkingen gemaakt van twee Amsterdamse school stijl en twee moderne fauteuils
Er kwamen ook een aantal vragen in mij op zoals;
Geven de poten genoeg steun waardoor de stoel niet inzakt ?
Ziet de stoel er aantrekkelijk genoeg uit om op te gaan zitten?
Is het een goede combinatie van zowel de moderne als Amsterdamse school stijl ?
Zit de stoel lekker ?
Toen ik een redelijk beeld had gekregen wat nou belangrijke aspecten zijn van een Amsterdamse school stijl fauteuil (donker notenhout, gebogen vormen, versieringen) ben ik gaan tekenen en ontstond het ontwerp voor onze blauwe stoel.
Ik heb ervoor gekozen om de stoel de blauwe kleur te geven omdat we deze kleur terug willen laten komen in het ontwerp omdat het ook in het postkantoortje gebruikt werd. Daarnaast heb ik er voor gekozen om de versiering die op de poten van de stoel van Michel de Klerk zit te verplaatsen naar het eind van de armleuning van de stoel die wij ontwerpen.
De stoel wil ik bekleden met velours stof. Deze stof ziet er zacht uit en nodigt uit om er op te gaan zitten
Om mijn vraag te beantwoorden of de poten van de stoel genoeg steun geven heb ik een maquette van de stoel gemaakt. Een raamwerk van ijzerdraad en aluminium heb ik bedekt met klei.
MAQUETTES
We wilden de maquettes op een ambachtelijke manier maken. Daarom hebben we er voor gekozen om alleen maquettes te maken van de door ons zelf gemaakte meubels. Daar wilden wij de meeste aandacht geven omdat we er trots op zijn.
De kasten gaan wij maken van hout en de stoel gaan we kleien.
Op 29 oktober zijn Sara en ik begonnen met het aftekenen en uitzagen van de kastonderdelen. We begonnen met een figuur zaag maar dat ging te langzaam dus hebben we na een tijdje mijn vaders decoupeerzaag en schuurmachine geleend.
Ik heb die dag ook de zelf ontworpen stoel gekleid. Uiteindelijk heb ik dit drie keer moeten doen omdat de klei bij het drogen steeds brak. Daarom heb ik de laatste keer eerst het aluminium frame omwikkeld met een dikke laag wol. Zo had de klei een betere ondergrond om zich aan kan hechten. Zodra de eerste laag er op zat heb ik deze geföhnd om sneller te zien of deze niet weer brak.
Als laatste heb ik, voordat ik hem ging verven, drie laagjes haarlak aangebracht om alles zo goed mogelijk bij elkaar te houden.
